Bel direct: +31 (0)13 - 521 74 42

Milieu

REACh    RoHS   GroenGarant Certificaat

Een wereld zonder kunststofverpakkingen?

Onmogelijk, ondenkbaar. Maar waarom presteren ze dan zo goed? De belangrijkste verdiensten op een rij.

  1. Kunststoffen behoren tot de meest efficiënte verpakkingsmaterialen die er zijn. Kunststofverpakkingen beslaan slechts 17% van het totale Europese verpakkingsgewicht, terwijl maar liefst 50% van alle gebruiksartikelen in kunststof wordt verpakt.
  2. Kunststoffen / kunststofverpakkingen zorgen voor duurzaamheid:
    • Maatschappelijke vooruitgang: door kunststoffen te gebruiken, worden producten betaalbaar met als resultaat: een hogere levensstandaard, een betere gezondheidszorg en een betere informatievoorziening.
    • Economische ontwikkeling: de kunststofsector in Europa zet circa € 160 miljard om en biedt werk aan ruim 1,5 miljoen mensen.
    • Milieubesparing: kunststoffen sparen natuurlijke hulpbronnen, zoals fossiele brandstoffen.
  3. Kunststofverpakkingen zijn onovertroffen in preventie. De afgelopen tien jaar is het gewicht van kunststoffen per verpakkingseenheid afgenomen met zo’n 28% en die trend zet zich in de toekomst onverminderd voort.
  4. Met kunststof zijn allerlei vormen te maken; de ontwerpvrijheid voor verpakkingen is onbegrensd. De verschillende kunststofsoorten hebben hun eigen, specifieke materiaal- eigenschappen die per kunststofverpakking heel precies kunnen worden gekozen.
  5. Kunststofverpakkingen combineren een licht gewicht met grote sterkte. Zonder kunststof zou:
    • het totale gewicht van alle verpakkingen 4 keer zo hoog zijn;
    • de productiekosten en het energieverbruik verdubbelen en
    • de afvalberg zelfs 2,5 keer zo groot zijn.
  6. Kunststofverpakkingen zijn ook in de afvalfase waardevol. Ze worden gerecycled tot nieuwe producten of worden verwerkt tot brandstof en vervangen steenkool. Dat leidt tot een lagere CO2-uitstoot en minder finaal afval.
  7. Met kunststofverpakkingen kunnen levensmiddelen op hygiënische wijze worden verpakt. Dat beschermt de gezondheid en het welzijn van de consument.
  8. Meer dan één miljard mensen hebben te kort aan zuiver water. Kunststofverpakkingen helpen om water en voedsel op een betaalbare, betrouwbare en veilige manier te bewaren en te vervoeren.
  9. De functionaliteit van kunststofverpakkingen is ongekend. Zo kunnen actieve verpakkingen versproducten langer houdbaar maken door stoffen te absorberen of er aan toe te voegen. Intelligente kunststofverpakkingen informeren de gebruiker als een product een verandering heeft ondergaan, bijvoorbeeld met Tijd Temperatuur Indicatoren.
  10. Kunststofverpakkingen voorkomen verspilling van voedsel. De folie om de komkommer verlengt de houdbaarheid en beperkt beschadiging, waardoor minder komkommers worden weggegooid. Voor de teelt en de distributie van een kaskomkommer is ca. een halve kilo benzine nodig, voor de folie is dat slechts een paar gram. Gebruik van de kunststofverpakking levert dus ook energiewinst op.

Bron:

Statistieken

Kunststofverpakkingen vertegenwoordigen een belangrijk economisch belang. De kunststofsector in Europa zet circa € 160 miljard om en biedt werk aan ruim 1,5 miljoen mensen. In Nederland zijn circa 550 bedrijven actief in kunststofverpakkingen, waarvan 320 handelsondernemingen en 230 productiebedrijven. De 9.000 medewerkers in de Nederlandse kunststof verpakkingsindustrie realiseren een omzet van € 2,7 miljard. In de diagram is weergegeven hoe het kunststofgebruik verdeeld is over de diverse productgroepen.

Bron:

Hergebruik

Veel kunststofverpakkingen kunnen na gebruik gewoon weer als verpakking worden gebruikt. Dit producthergebruik vindt vooral plaats met kratten (voor bijvoorbeeld bier), flessen voor frisdranken, en pallets voor het transport van artikelen. Naar schatting 200 kiloton kunststofverpakkingen is in omloop als herbruikbare verpakkingen. Ze worden niet één keer opnieuw ingezet, maar meerdere keren. Kratten hebben bijvoorbeeld een levensduur van ongeveer tien jaar, en het dubbele komt ook voor.

Preventie

Bij preventie kan een onderscheid worden gemaakt naar kwantitatieve preventie en kwalitatieve preventie:

  • Kwantitatieve preventie:
    Bij kwantitatieve preventie gaat het om de vermindering van de gewichtshoeveelheid van verpakkingen, bijvoorbeeld een lichtere flacon of het vermijden van een etiket. Minder gewicht betekent minder materiaal. Dat is gunstig voor het milieu: er zijn minder grondstoffen nodig, het transport kost minder energie en er komt na gebruik minder afval vrij. De goedklevende tapes van Van de Borne b.v. kunnen een besparing van c.a. 50% opleveren vergeleken met low budget tapes.
  • Kwalitatieve preventie:
    Dit betreft de vermindering van de schadelijkheid van verpakkingsafval voor het milieu, bijvoorbeeld door het vermijden van zware metalen. De hoeveelheid afval neemt weliswaar niet af, maar de uiteindelijke milieubelasting doet dat wel. Geen enkel product van Van de Borne b.v. bevat zware metalen. Een verklaring is op verzoek verkrijgbaar.

Bij het ontwikkelen van preventieve maatregelen is het van belang naar het hele verpakkingssysteem te kijken. Zo kan productverlies als gevolg van onvoldoende bescherming door de verpakking belastender voor het milieu zijn, dan wat er is uitgespaard op de verpakking. Een ander voorbeeld is het verstevigen (en daarmee verzwaren) van een verpakking als zo bespaard kan worden op de transportverpakking.Enkele preventievoorbeelden:

  • Verbetering materiaal
    Door verbetering van de materiaaleigenschappen (ander polymeer, andere toevoegingen, combinatie van verschillende materialen) kan het totaalgewicht van de verpakking worden teruggebracht bij gelijkblijvende of zelfs verbeterde beschermende eigenschappen.
  • Grotere hoeveelheden
    Door producten in grotere volumes te verpakken is verhoudingsgewijs minder verpakkingsmateriaal nodig. Een tendens die dit soms weer teniet doet, is de demografische ontwikkeling van kleinere huishoudens waardoor er juist weer verpakkingen met een kleine inhoud op de markt komen.
  • Slim ontwerpen
    Door intelligente vormgeving kan worden bespaard op transportverpakkingen en/of de benodigde ruimte voor transport. Denk aan de vierkante flessen die efficiënter ingepakt kunnen worden dan ronde, zodat er meer flessen tegelijk kunnen worden vervoerd.
  • Tweetrapsoplossing
    De combinatie van een duurzame gebruiksverpakking en zeer lichte navulverpakkingen spaart (vanaf de tweede aankoop) veel verpakkingsmateriaal uit.

De kunststofverpakkingsindustrie heeft niet stil gezeten: In de afgelopen tien jaar is de gemiddelde kunststofverpakking 28 procent lichter geworden! Kunststofverpakkingen scoren sterk op preventie. Duidelijk mag zijn dat de hoge kwaliteit van de verpakkingstapes van Van de Borne b.v. inspeelt op een positieve bijdrage aan het milieu!

Strijdige doelen

Soms komt het streven naar preventie in conflict met het streven naar meer (mechanische) recycling. Zo kan de inzet van gerecycled materiaal in kunststofverpakkingen de verpakking wat zwaarder maken, bijvoorbeeld omdat voor de voedselveiligheid een extra laag nieuwe kunststof moet worden aangebracht. Omgekeerd is het voor het maken van een zeer lichte verpakking soms nodig om verschillende materialen in lagen op elkaar te hechten (laminaten) of de eigenschappen met additieven te verbeteren. Bij deze strijdige ontwikkelingen in kunststofverpakkingen wordt continu afgewogen welke insteek bijdraagt aan maximaal milieuvoordeel.

Nuttige toepassing: mechanische recycling

Bij de mechanische recycling-route wordt de gebruikte kunststofverpakking verwerkt tot regranulaat. Hiervoor ondergaat het kunststofafval een aantal bewerkingen:

  • sorteren
  • reinigen
  • wassen
  • extruderen tot korrels

In sommige gevallen is extrusie niet nodig, maar kan het materiaal worden versnipperd of vermalen. Het regranulaat dient als grondstof voor de fabricage van nieuwe kunststofproducten.Kunststofafval uit kantoren, winkels, dienstverlenende bedrijven en industrie (KWDI-sector) wordt gescheiden ingezameld en gerecycled. Deze afvalstroom is relatief goed te controleren, is eenduidig van samenstelling en doorgaans schoon. Daardoor is recycling goed mogelijk.

Recyclingindustrie

Inzamelingsbedrijven zamelen kunststofverpakkingsafval in bij bedrijven en leveren dat gesorteerd op kunststofsoort (bronscheiding), kleur en kwaliteit aan bij de herverwerkers. Deze bedrijven verwerken de gesorteerde kunststofstromen in verschillende processen tot bruikbare grondstoffen.Dikwandige kunststofverpakkingen zoals kratten worden gewassen en gemalen tot maalgoed. Folie wordt gewassen en na een smeltzuiveringsstap verwerkt tot regranulaat Voor PET-flessen is een gecompliceerd proces nodig om uiteindelijk een hoogwaardig regranulaat te verkrijgen. Andere recyclers gebruiken de gesorteerde stromen na zuivering en diverse tussenbewerkingen voor bijvoorbeeld de fabricage van eindproducten zoals pallets, plaat, rioolputten, palen, planken. De recyclingindustrie gebruikt ook kunststofstromen die niet van verpakkingen afkomstig zijn, zoals landbouwfolie, autobumpers, garens en vlies, buizen en productieafval van de kunststofindustrie. Ook deze producten worden zorgvuldig tot regranulaat of eindproduct verwerkt.Van de Borne b.v. heeft de beschikking over een recyclesyteem waarbij vloeistoffen, noodzakelijk voor het drukprocedé, herwonnen worden. Verder maakt men gebruik van de meest moderne machines en materialen, en worden de laatste ontwikkelingen op de voet gevolgd. Zo is men erin geslaagd alle ketonen- vloeistoffen uit het drukproces weren.

Nutige toepassing: Gebruik als grondstof of brandstof

Bij deze aanpak gaan kunststofverpakkingen met het huisvuil mee en worden ze naderhand uit het huisvuil gehaald (nascheiding). Deze fractie wordt vervolgens bewerkt waarna het dienst kan doen als brandstof en/of grondstof.Er zijn verschillende aanpakken die de VMK samen met marktpartijen heeft ontwikkeld, te weten Subcoal en Redop.

Subcoal

Subcoal is de naam voor een veelbelovende nieuwe aanpak om kunststoffen uit huishoudelijk afval te hergebruiken als brandstof. De overheid erkent de Subcoal-route als een nuttige toepassing voor kunststofverpakkingsafval uit huishoudens. Subcoal staat voor ‘substitute for coal’, ofwel vervanger van steenkool. Kunststofverpakkingen uit huishoudens worden mechanisch nagescheiden, waarna het wordt opgewerkt tot korrels (pellets) die als brandstof kunnen worden ingezet in elektriciteitscentrales. De energie-inhoud van het materiaal wordt teruggewonnen en er wordt bespaard op de inzet van steenkool.

  • Het proces
    Verschillende afvalverwerkinginrichtingen (AVI’s) beschikken over installaties waarmee een mengsel van papier en kunststof mechanisch kan worden afgescheiden van het overige afval. Deze zogenoemde ‘PP-fractie’ (paper and plastics) kan met behulp van water worden gescheiden in papierpulp en gemengd kunststof, de ‘MP-fractie’ (mixed plastics).Zowel de PP- als de MP-fractie is geschikt voor de productie van Subcoal. De PP- of MP-fractie wordt daartoe gemalen, ontdaan van verontreinigingen en gedroogd. Vervolgens wordt het tot pellets – kleine korrels – geperst. Dit product heet Subcoal. In een poederkoolgestookte elektriciteitscentrale worden de pellets vlak voor hun dosering aan de ketel, vermalen tot poeder en met de steenkool mee verbrand.
  • Milieuwinst
    De Subcoal-route leidt ten opzichte van verbranding in een afvalverwerkinginrichting (AVI) – de route die nu gebruikelijk is voor huishoudelijk kunststofafval – tot aanmerkelijke milieuwinst. Die winst wordt op een aantal fronten geboekt:Ten eerste is de totale uitstoot van broeikasgassen (CO2) aanmerkelijk lager doordat er minder steenkool hoeft te worden verbrand voor eenzelfde opbrengst van elektriciteit. Natuurlijk levert verbranding van kunststof in een AVI ook elektriciteit op, maar het elektrisch rendement van een poederkoolgestookte centrale is tweemaal hoger dan dat van een AVI. In de Subcoal-route wordt daarom veel meer fossiele brandstof uitgespaard dan in de huidige AVI-route.Daar komt bij dat de gangbare verbranding in een AVI leidt tot besparing op het gebruik van het relatief schone aardgas; vervanging van steenkool – zoals bij Subcoal – heeft een groter effect op de vermindering van CO2-emissies.Een ander voordeel is dat er veel minder afval overblijft. In AVI’s ontstaat bodemas. Deze bevat zoveel vervuiling dat zij niet nuttig kan worden toegepast en onder speciale condities moet worden gestort. Dit geldt ook voor het restant uit de rookgasreiniging. Reststoffen van elektriciteitscentrales zijn wel bruikbaar als secundaire grondstoffen.Een ander winstpunt is dat er minder verzurende stoffen vrijkomen. Ook dat heeft te maken het vervangen van steenkool, dat zwavel en stikstof bevat. Dat wordt bij verbranding omgezet in zwavel- en stikstofoxides, die verzuring veroorzaken. Het kunststof/papiermengsel bevat daarentegen nauwelijks zwavel en zeer weinig stikstof.

Redop

Bij Redop (reduction of ore by plastics) wordt een grondstof ontwikkeld op basis van kunststofafval uit huishoudens, die cokes en/of kolen als grondstof kan vervangen bij de productie van ruwe staal. VMK heeft opdracht gegeven voor de ontwikkeling van een nieuwe technologie met als centrale vraag: Valt kunststofafval uit huishoudens zo te bewerken dat het kan dienen als reductiemiddel bij de productie van ijzer?Het onderzoek is uitgevoerd op pilot-plant niveau en het resultaat is positief. Het is namelijk mogelijk een grondstof te produceren die aan alle eisen van de staalindustrie voldoet en ook economisch gezien concurrerend is met andere grondstofstromen.

  • Het proces
    Bij de staalproductie worden nu cokes en poederkool vergast voor gebruik als reductiemiddel om zuurstof te onttrekken aan ijzeroxide in het erts. Cokes en poederkool zijn echter duur en het zijn bovendien eindige fossiele brandstoffen. De eisen die aan het reductiemiddel werden gesteld, waren streng:

    1. de calorische waarde moet minstens gelijk zijn aan die van poederkool
    2. het mag bijna geen chloor bevatten (maximaal 0,15 gewichtsprocent) om corrosie van de installatie te voorkomen
    3. de deeltjesgrootte moet kleiner zijn dan 5 mm (liefst 2 mm) om het reductiemiddel net zo als de poederkool te kunnen injecteren in het systeem.

    Basisgrondstof voor deze technologie was de mixed plastics-fractie, die voorheen met behulp van water uit de PP-fractie (paper en plastic) werd gescheiden. Dit kost echter veel (drogings)energie, zodat een droge mechanische scheidingstechniek is ontwikkeld: een verticale rotor met een zeef erom heen. In de zeef blijven de kunststofdelen hangen, terwijl de cellulosevezels er als pulp doorheen gaan. De pulpvezels zijn te gebruiken als biomassapellets voor energieopwekking. Bij een verdere verfijning van de technologie kan de cellulosepulp waarschijnlijk worden verwerkt tot verpakkingskarton. De kunststof is na deze bewerking voor 80 procent zuiver, maar bevat nog teveel chloor voor toepassing in de staalindustrie. DSM Research ontwikkelde daarop een nieuwe dechloreringsmethode: het kunststofafval wordt vermengd met water en onder druk verwarmd in een loopreactor. Het chloor wordt dan afgesplitst, in het water opgelost en geneutraliseerd. Dit systeem functioneert goed, is energetisch zuinig, het gebruikte water is biologisch goed te zuiveren (het afvalwater kan na afkoeling het riool in) en leent zich goed voor schaalvergroting. Een bijkomend voordeel is dat de kunststofdeeltjes in de slurrie door de bewerking zoveel kleiner worden dat ze binnen de normen van de staalindustrie vallen. De kunststof-pellets hebben een verbrandingswaarde van 45 MJ/kg, ruim meer dan de 40 MJ/kg van kool.

  • Milieuwinst
    Vergeleken met het verbranden van kunststofafval als restfractie in een afvalverbrandinginstallatie (AVI) is de Redop-route (evenals de Subcoal-route) goedkoper en milieuvriendelijker. Ook niet onbelangrijk is dat de inzet van de kunststoffractie ervoor zorgt dat cokes en poederkool niet meer hoeven worden ingezet.

Verbranding met energieterugwinning

Het verbranden met energiewinning van kunststofverpakkingen in een afvalverbrandingsinstallatie (AVI) geldt als een vorm van storten. Het wordt niet gezien als nuttige toepassing, zoals bij de inzet van kunststofafval dat is bewerkt tot brandstof of grondstof en bij mechanische recycling.

Bron: